Naaimachine steken

De soorten steken van naaimachines: het onderscheid

Grofweg zijn er drie soorten naaimachine steken in gebruik: de stiksteek, kettingsteek en de locksteek. Wat zijn de verschillen en wanneer gebruik je welke steek? Wat is het voordeel van de steek? Hieronder lees je er alles over.

Gangbaarste steken van een naaimachine: stiksteken

De stiksteek is de meest gangbare steek. De steek kenmerkt zich door een onderdraad en een bovendraad. De bovendraad gaat met de naald door het naaimateriaal heen, waar het een lusje vormt. De grijper zorgt er dan voor dat de onderdraad door het lusje gaat, waardoor de beide draden kruisen. Als de naald omhoog beweegt worden beide draden aangetrokken.

Het is bij de stiksteek belangrijk dat boven- en onderspanning goed staan afgesteld. Als dat niet zo is, kan de naaimachine steken overslaan of er ontstaan lussen aan boven- of onderzijde. Als de spanning goed is, kruisen boven- en onderdraad elkaar precies in het midden van het naaimateriaal.

Toepassingen van de stiksteek

Van alle soorten steken van een naaimachine, komt de stiksteek het vaakst voor. In kleding, meubels, autobekleding en schoenen bijvoorbeeld. De steek neemt echter verschillende gedaanten aan. Met de stiksteek kun je namelijk standaard rechte lijnen stikken, maar ook zigzag of siersteken. Met onze HM866 kunt u bijvoorbeeld zigzagsteken maken, en met de HM820 siersteken. Het principe van de boven- en onderdraad die elkaar kruisen blijft bij deze steken hetzelfde.

De stiksteek kan ook met een dubbelnaaldsmachine worden gemaakt, waarmee de mogelijkheden eindeloos zijn. Het kan een dubbele rechte lijn opleveren, maar bijvoorbeeld op een HM820 kunt u er ontelbare siersteken mee maken. Wilt u hier meer over weten? Neemt u dan contact met ons op, dan kunnen wij u alles vertellen over de HM820 en HM866.

De tweede van de naaimachine steken: kettingsteek

Eén van de andere soorten steken die een naaimachine kan maken is de kettingsteek. De kettingsteek is een steek die gemaakt wordt met één enkele draad. Bij een stiksteek moet een spoeltje gevuld worden en dat spoeltje heeft een beperkte capaciteit; het moet immers door een klein lusje heen kunnen gaan. Je moet werk daarom op een zeker moment onderbreken om het spoeltje te verwisselen. Dit is een voordeel van de kettingsteek: je kunt een grote klos gebruiken en doorgaan tot deze (bijna) leeg is.

De kettingsteek heeft echter ook nadelen; zo gebruikt voor deze steken de naaimachine meer garen voor dezelfde lengte dan een stiksteek. Daarnaast kan de naad makkelijk losgetrokken worden als het garen ergens breekt. Dit laatste nadeel kan soms ook als voordeel gebruikt worden; sommige verpakkingszakken worden dichtgenaaid met een kettingsteek; de gebruiker kan de zak makkelijk openen.

De kettingsteek heet zo, omdat aan de onderzijde de draad er enigszins uitziet als een ketting. Dat komt omdat de draad die door de naald door de stof wordt geprikt, geborgd wordt met het lusje van de volgende steek. Die wordt weer geborgd door het lusje van de steek daarna, enzovoorts. Al die lusjes zien eruit als een ketting.

Locksteken

De kettingssteek wordt ook gebruikt bij lockmachines. Dit soort naaimachine maakt steken met verschillende doeleinden: ten eerste een enkeldraadse kettingsteek als dragende naad. Daarnaast worden kettingsteken gemaakt van twee tot vijf andere klossen, die de kantafwerking doen. Deze lussen worden om de rand heen geslagen, waardoor de stof niet kan rafelen. In combinatie met een met dat overtollig stof meteen netjes wegsnijd is een lockmachine ideaal voor randafwerking en duurzame naden in één.

Advies over naaimachine steken

Zoals uit bovenstaand verhaal blijkt, kun je niet alle steken op één naaimachine maken. Welke steek  voor uw product het beste is, of welke combinatie, kunnen onze medewerkers u goed uitleggen. Daarmee weet u ook beter welke naaimachine geschikt is voor u.